|
Wawa, 15 juli 2008
Bij het zien van deze naam schoot een liedje door mijn hoofd van Kinderen voor kinderen; zo in de trant van "wa-wa-waanzinnig verliefd". Maar Wawa betekent in de taal van de inheemse bevolking "wilde gans" en die hebben ze in staal aan het begin van het dorp neergezet ter nagedachtenis aan de aanleg van het laatste stuk snelweg in de Trans Canada Highway (zie foto van vandaag). Er is overigens niet veel te vinden vanaf Thunder Bay. Wat een leegte!!
Van Thunder Bay tot Nipigon hadden we inderdaad een drukke Highway. Het verkeer van Hwy 11 en Hwy 17 raast hier samen overheen. Bovendien waren ze 21 km lang met de weg bezig. Dat was ook hard nodig, want er zaten vreselijke dwarsscheuren in het asfalt. Nu maken de grote vrachtauto's en pickups normaal al veel lawaai; maar dat werd door de slechte weg nog tien keer erger. Aafke kreeg daar vreselijk de zenuwen van en dat werd nog erger toen we een paar kilometer over zand en grind moesten overbruggen. Hier hadden ze de complete asfaltlaag weggehaald en hoewel de ondergond keurig was natgehouden en platgewalst, vond ze het heel beangstigend. Toch stelde ze voor om door te rijden naar Nipigon, omdat daar Hwy 11 en Hwy 17 weer hun eigen weg vervolgen. De volgende dag begon met een forse klim, wegwerkzaamheden, en dat zou de hele dag zo doorgaan. Voordeel van de wegwerkzaamheden is wel, dat het verkeer langzaam moet rijden en vaak in convooi. Als de eerste auto ruim om ons heen gaat, dan volgt de rest ook wel. Maar de bergen waren net zo vermoeiend als in de Rocky Mountains. Zeker wanneer je in acht neemt dat we 90 km moesten rijden voor we een motel konden vinden. Moe kwamen we aan in Schreiber. Jan stelde voor om een rustdag te nemen, maar Aafke wilde er niet van weten. We otmoetten hier nog andere fietsers. Twee mannen deden de Circle Tour (rondje om Lake Superior) en een jonge vrouw uit Quebec fietste van Thunder Bay naar Sault Ste. Marie. De volgende dag keek Jan om 7:00 uur uit het raam: dichte mist! Hij keek om 8:00 uur uit het raam: dichte mist! Hij keek om 9:00 uur uit het raam: nog steeds dichte mist. Onverantwoord om te vertrekken; het verkeer zou ons op het laatste moment opmerken en niet uitwijken uit angst voor tegenliggers. We besloten om de motelkamer nog een nacht aan te houden. Maar wat doe je in een dorp als Schreiber? Je loopt naar het museum (elk dorp heeft wel een museum) en je doet waarvoor een rustdag is: rusten op het bed, kijkend naar The Weather Network of CNN. Met de middag trok de mist gelukkig op, maar dan heeft het geen zin om weg te gaan want de volgende plaats waar we kunnen overnachten, ligt 90 km verder! Die plaats heet Marathon. Een pinnig dametje aan de receptie van het motel vertelt ons dat we de tandem niet op de kamer mogen hebben (wat we tot dan wel altijd deden). "Dan wordt de vloerbedekking modderig". En dat, terwijl de fiets zo mooi schoon en droog is!?!
Nog steeds best zware klimmen dus we gunden ons een goed bed. Het was 13 juli en dan zijn we - in dagen - halfweg. In kilometers hebben we er al veel meer dan de helft opzitten; dus dat gaat goed! De etappes lijken wel voor fietsers gemaakt. Alweer zo'n 90 km verder stuitten we op de volgende plaats. Dat plaatsje (1.000 inwoners) is White River. Weet u waar deze plaats beroemd om geworden is? (Antwoord aan het eind van deze bijdrage).
Voor we daar aankwamen zagen we een moose (soort eland) in de berm staan. Dat is zeer uitzonderlijk; zij komen vooral 's nachts te voorschijn. In dit zeer dun bevolkte gebied zijn veel nationale en provinciale parken. Allemaal hebben ze ook wel campings, maar het is 's nachts niet warmer dan 8°. Daarom kiezen we de laatste dagen voor een motel. Ook overdag is het niet warm. Moeizaam bereikt de thermometer 20°. Maar de wind voelt kouder. Zeker vandaag. We rijden nu naar het zuiden en hadden de wind pal in het gezicht. Vlak voor Wawa stopte een auto voor ons en gebaarde een dame ons te stoppen. Twee dames uit Nederland, die een rondtour van drie maanden door USA en Canada maakten, merkten ons Nederlandse vlaggetje op en maakten een praatje met ons. Bij de VVV in Wawa gebeurde iets dergelijks met een zoon van Nederlandse emigranten. Hij had zelf ook een tandem en was zeer nieuwsgierig naar de onze en onze ervaringen. En uiteraard moesten we op de foto.
Om de sleur van de motelkamers te doorbreken zitten we nu in een 'cabin', een blokhut met alles erop en eraan. De vrouwelijke manager is van Poolse afkomst en zeer gastvrij. Uiteraard hebben we onze Poolse ervaringen met Woonstede en onze vakantie in Polen met haar gedeeld. Vanavond brengt ze ons naar een goed restaurant. Het zal ons benieuwen! Die wegrestaurants waar wij meestal eten, is niet veel soeps!
Groeten van Aafke en Jan
P.S. Het antwoord is: White River (Ontario) is de plaats waar het verhaal van Winnie the Pooh is begonnen. In 1914 kocht Luitenant Harry Colebourn een verstoten beertje in White River, dat later werd ondergebracht in de Londense dierentuin en model stond voor de stripfiguur Winnie the Pooh.
|
|
FOTO'S:
|